Nieuwe inzamelnorm verlichting en armaturen naar 65%

Bron: Duurzaam Nieuws, 1 november 2019

Ieder jaar wordt meer Nederlands e-waste in de juiste recyclebakken gedeponeerd, waaronder ook energiezuinige lampen en armaturen. Toch voldoet ons land nog niet aan de nieuwe Europese inzameldoelstelling van 65%. Hoe kan dat? En wat betekent dat?

De wettelijke verplichting afgedankte armaturen en verlichting apart in te zamelen vloeit voort uit Europese regelgeving. Die bepaalt sinds kort dat elk jaar een hoeveelheid ‘oude’ elektrische en elektronische apparatuur (e-waste) moet worden opgehaald die overeenkomt met 65% van het volume van nieuw op de markt gebrachte apparatuur in de drie jaar ervoor – de zogeheten Put On Market of POM.

Die 65% geldt voor alle vormen van e-waste, dus ook voor lampen en armaturen. Maar juist voor deze laatste groep producten is de nieuwe norm problematisch, zegt Gied van Hoorn van LightRec, de organisatie die in ons land verantwoordelijk is voor de inzameling en verwerking van afgedankte energiezuinige lampen en armaturen. Van Hoorn: “Heel simpel: vrijwel alle vormen van verlichting die nu op de markt komen bestaan uit led-lampen en led-armaturen. Die hebben een veel langere levensduur en gaan in sommige gevallen tot wel twintig jaar mee. Dit levert dus veel minder afval op vergeleken met de spaarlamp, die na vijf jaar al vervangen moet worden. Tl-buizen, spaarlampen en andere conventionele lampen worden nu volop ingezameld, maar ooit is die ‘erfenis’ opgeruimd. Het duurt dan even voor het inzamelpercentage voor ledlampen het huidig percentage van oude lampen evenaart. Aangezien de inzameldoelstelling wordt bepaald door de POM wordt het in die tussenjaren moeilijk de 65% te halen.”

 

Kringloopwinkels

 

Dit effect wordt nog volgens Van Hoorn eens versterkt door de consumentarmaturen die sinds de zomer van 2018 ook meetellen voor de inzameldoelstellingen van 65%. Deze armaturen zorgen per direct voor meer dan een verdubbeling van de hoeveelheid op de markt gebrachte apparatuur (POM), terwijl de inzameling nog op gang komt. Nu al is duidelijk dat veel consumentenarmaturen een tweede of derde leven krijgen, al dan niet via kringloopwinkels, en pas afgedankt worden als ze echt kapot zijn. Ook hier geldt dus: er zal een zekere periode overheen gaan voordat er substantiële volumes consumentenarmaturen voor recycling beschikbaar komen.

Kortom: de led-transitie en uitbreiding van de scope van de inzamelrichtlijn maken het moeilijker de inzameldoelstelling te halen. Op zichzelf niet iets om met in de handen in het haar te zitten, vindt Van Hoorn. Er worden immers nog genoeg oude lampen opgehaald en er is winst te behalen op andere gebieden. Met name in de sloop- en installatiesector, waar tot heden veel afgedankte armaturen in het grijze circuit verdwijnen. Maar zelfs als we alle lampen armaturen ophalen is 65% de komende jaren niet of nauwelijks haalbaar.

Subsidie Circulaire Ketenprojecten opent op 23 maart

Om de circulaire economie te bereiken moeten ook de complexe ketens ingrijpend veranderen. Dat vraagt om een sectorbrede benadering waarin meerdere partijen en schakels uit de keten zijn betrokken. Waarin activiteiten rondom het organiseren van ketens, samenwerking,…

Terugblik 'Toeleveranciers in de circulaire maakindustrie'

Op 9 februari 2023 organiseerde Circulaire Maakindustrie in het kader van de Week van de Circulaire Economie samen met MAAK Haarlem een bijeenkomst speciaal voor toeleveranciers in de maakindustrie. Het werd een inspirerende middag met veel interactie,…